Het inpakken van kunstwerken of museumobjecten voor transport is vaak een hele klus. Het hoeft daarom niet ingewikkeld of prijzig te zijn. Belangrijk is dat je, onder meer op basis van de fragiliteit van het object en de aard van het transport, een aangepaste verpakking kiest. Uitermate belangrijk daarbij is het ‘immobiliseren’ van het object in de verpakking. Dit betekent dat het object niet vrij kan ‘bewegen’ waarmee schade wordt voorkomen.
Na de expo ‘Bouwen voor de eeuwigheid’ stonden we even stil hoe we twee kleine, kwetsbare kunstwerkjes van Rob Buelens zouden transporteren. De werkjes zijn onbedekt en bestaan hoofdzakelijk uit vastgekleefde minieme mannetjes van metaaldraad. Deze onderdelen kunnen snel schade oplopen, waardoor onze keuze ging naar een verpakking zonder de vertrouwde opvulmaterialen.
Tandenstokers
We kozen voor een stevige transportdoos met op de bodem een laagje inerte ‘museumschuim’. Op deze laag werden de stukken centraal gepositioneerd. Vervolgens was het belangrijk om de stukken te immobiliseren. Een eenvoudige manier om het schuiven in de doos te vermijden, is het gebruik van tandenstokers. Door de tandenstokers langsheen de rand van het object in de mousse te drukken, worden de stukken ‘vastgezet’ voor transport. Zo werden de fragiele details niet beschadigd door manipulatie of een opvulmateriaal. Tenslotte werden de flappen aan de bovenzijde van de doos afgesloten met tape. Het is aan te raden om essentiële aanduidingen op de doos te noteren of te kleven. Zo is elke ‘art-handler’ op de hoogte van de boven- en onderzijde, de fragiliteit, de inhoud, etc.
Elk voorwerp heeft echter nood aan een specifieke transportverpakking, rekening houdend met de aard van het object, de kwetsbaarheid, de af te leggen route en zoveel meer. Voor meer informatie omtrent het hanteren en verpakken van objecten, verwijzen we je graag door naar depotwijzer.
Extra tip: om grotere objecten te immobiliseren, kan je gebruik maken van langere saté- of bamboestokjes.