De website merovingerdna.be lanceerde op 18 maart een tweede podcast over het onderzoek rond de Merovingen die begin 2017 opgegraven zijn op de werf van het nieuwe politiekantoor in Koksijde. Onder andere Marc Dewilde die ter plaatse de archeologische opgravingen in goede banen leidde, blikt daarin terug op deze “belangrijke” vondst. Momenteel is het DNA-onderzoek op de gevonden skeletten nog volop aan de gang. Ondertussen maakt deze nieuwe podcast ons warm om nog meer te weten te komen over deze vroege kustbewoners.
Even terugflitsen naar begin 2017, weet je nog? Toen op de werf van het nieuwe politiekantoor in Koksijde 53 skeletten gevonden werden. Al gauw bleek het om een merovingische begraafplaats met restanten van enkele gebouwen te gaan. 1300 jaar oud. Een unieke vondst aan onze kust. Om dichter bij de identiteit van deze individuen te komen, stapten heel wat partners in een boeiend onderzoeksproject: Abdijmuseum Ten Duinen, Histories vzw, KU Leuven, Tartu University (Estland), de Vrije Universiteit Brussel (VUB) en het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen (KBIN) met steun van Agentschap Onroerend erfgoed. En hoewel het DNA-onderzoek nog lopend is, kan je vandaag op de website merovingerdna.be een nieuwe podcast ontdekken waarin reporter Lori Verhoeven ons warm maakt om meer te weten te komen over deze oude kustburgers.
“Geen gewone begraafplaats”
In die podcast horen we naast archeoloog Marc Dewilde ook archeologe Rica Annaert, Bert Tessens die aan levende geschiedenis doet rond die Merovingische periode en ook metaaldetectorist Kris Van Den Berge die ons uitlegt wat het doet met je, om een merovingisch object te vinden.
Marc Dewilde coördineerde het archeologisch veldwerk op de site in Koksijde vanuit het agentschap Onroerend Erfgoed. Al sinds 1978 deed hij aan archeologie, maar sinds kort borg hij zijn truweel met borstel en helm op. “Ik was verantwoordelijk voor de toevalvondsten in West-Vlaanderen, en Koksijde was daar een van. Aanvankelijk zagen we dit niet echt als een speciale site. Het besef is gaandeweg gegroeid dat dit toch wel een belangrijke vondst was.”, vertelt Marc in de podcast. “Toen we de skeletten individueel begonnen aan te pakken, vonden we met een metaaldetector een zilveren muntje. Dan is het doorgedrongen dat dit geen gewoon middeleeuws, maar wel een laat-merovingisch grafveld was”, blikt hij terug.
Grafgiften?
“In één graf vonden we een gordelketting, een soort van halssnoer en twee mantelspelden. Je kan dat onder de noemer grafgiften steken, maar eigenlijk is die persoon begraven in haar beste outfit.” Verder vond Dewilde het opmerkelijk dat er sporen waren die erop wijzen dat er graven blijkbaar vroeger geopend werden om een stuk bot uit te halen. Om iets van de voorouder in huis te hebben? En ook het omgekeerde, dat er ander botmateriaal bijgezet werd in bij een bepaalde begraving. Waarom gebeurde dat? “Het is geen ordinaire grafroof om kostbaarheden uit te halen, het is wel degelijk iets dat met cultus-religie te maken heeft”, verduidelijkt Dewilde in de podcast.
“Nederzetting zette zich misschien elders verder”
Rica Annaert is als archeologe en onderzoekster verbonden met o.a. het agentschap Onroerend Erfgoed. Ook zij komt aan bod in de podcast. Haar voorliefde voor de vroegmiddeleeuwse periode (5de – 6de eeuw n.C.) ontstond toen ze meehielp aan opgravingen in Broechem (provincie Antwerpen).
“Als we kijken naar die periode, dan zien we ook in andere delen in Vlaanderen dergelijke kleinere grafveldjes die altijd in relatie staan met een woning. Ik denk dan in dit geval van Koksijde ook aan een kleine gemeenschap die in de buurt van die nederzetting een eigen grafveldje had waar de doden van die eigen gemeenschap begraven werden.
Waarom de nederzetting in Koksijde precies gestopt zou zijn na het midden van de 8ste eeuw? “Dat is moeilijk te zeggen”, legt Annaert uit. “Want we hebben maar een beperkt deel opgegraven… Het kan zijn dat die nederzetting verderop gewoon is blijven voortbestaan. Dat ze later als gekerstende gemeenschap is weggetrokken naar een nederzetting bij een houten kerkje bijvoorbeeld.”
“In de wolken met een merovingische vondst”
In de podcast gaat reporter Lori ook op pad met metaaldetectorist Kris Van Den Berge. Hij weet als geen ander wat dat met een mens doet, een merovingische munt vinden. “Ik was toen in de wolken”, getuigt hij. “Hét pronkstuk uit mijn collectie is het. Een merovingsische munt van 700 n.C ongeveer.” Buggenhoutenaar Van Den Berge vond de munt niet in Koksijde, maar dichter bij zijn thuis, in Londerzeel. “Ik ga elk jaar nog 5 of 6 keer terug naar dat veld, om een tweede te zoeken”, vertelt hij. “Ze noemen ons dikwijls schattenjagers, maar eigenlijk zie ik mezelf als geschiedeniszoeker. Wij bieden ook een puzzelstukje aan bij het onderzoek”, vertelt Van Den Berge.
De vierde gast in deze tweede podcast is Bert Tessens. Hij zou wel eens een antwoord kunnen bieden op de vraag hoe de Merovingen in Koksijde erbij liepen qua kledij. Hij zet namelijk in op de ‘levende geschiedenis’ rond Merovingen. “Ik merk zelf dat vele mensen uit de lucht vallen als je over de merovingische periode vertelt.” Tessens hoopt dus die onwetendheid over de 6de-7de eeuw voor een deel de wereld uit te helpen.
Beluister de gloednieuwe podcast hieronder of op Spotify.